Handleiding tot het burgerlijk wetboek, Volume 1

Front Cover
C. Van der Post jr., 1875
 

Selected pages

Other editions - View all

Common terms and phrases

Popular passages

Page 38 - De vorm van alle handelingen wordt beoordeeld naar de wetten van het land of de plaats, alwaar die handelingen zijn verrigt.
Page 38 - Geen regter mag bij wege van algemeene verordening, dispositie of reglement, uitspraak doen in zaken welke aan zijne beslissing onderworpen zijn.
Page 247 - Art. 1623. Indien de huurder van een huis of vertrek, na het eindigen van den huurtijd, bij schriftelijke overeenkomst bepaald, in het bezit van het gehuurde blijft, zonder dat zich de verhuurder daartegen verzet, wordt hij geacht het verhuurde op dezelfde voorwaarden te blijven behouden, voor den tijd welken het plaatselijk gebruik medebrengt, en kan hij het verhuurde niet verlaten, noch daaruit gezet worden, dan na eene tijdige opzegging, overeenkomstig het plaatselijk gebruik gedaan.
Page 38 - De wetten, betreffende de regten, den staat en de bevoegdheid der personen, verbinden de Nederlanders, ook wanneer zij zich buiten 's lands bevinden.
Page 262 - De giften van hand tot hand, van roerende, ligchamelijke voorwerpen , of van schuldvorderingen aan toonder , vereischen geene akte , en zijn van kracht door de enkele overlevering aan den begiftigde , of aan eenen derde , die het gegevene voor hem aanneemt.
Page 252 - Maatschap is eene overeenkomst. waarbij twee of meerdere personen zich verbinden om iets in gemeenschap te brengen. met het oogmerk om het daaruit ontstaande voordeel met elkander te deelen.
Page 38 - Nederlanders, ook wanneer zij zich buiten 's lands bevinden. 7. Ten opzigte van onroerende goederen , geldt de wet van het land of der plaats , alwaar die goederen gelegen zijn. 8. De strafwetten en de verordeningen van policie zijn verbindende , voor allen die zich op het grondgebied van het Koningrijk bevinden.
Page 153 - ... om te brengen; 2° Hij, die bij regterlijke uitspraak overtuigd is tegen den erflater lasterlijk te hebben ingebragt eene beschuldiging van een misdrijf waartegen eene vrijheidsstraf met een maximum van ten minste vier jaren...
Page 290 - BW de eed bepaaldelijk wordt opgenoemd als bewijsmiddel, waardoor een iegelijk, die beweert eenig regt te hebben, of zich op eenig feit tot staving van zijn regt, of tot tegenspraak van eens anders regt beroept, het bestaan van dat regt of...
Page 123 - van eene zaak het vrij genot te hebben en daarover op „de volstrekste wijze te beschikken, mits men er geen „gebruik van make, strijdende tegen de wetten of de „openbare verordeningen, daargesteld door zoodanige...

Bibliographic information