Het recht omtrent oprichting van stichtingen hier te lande historisch beschouwd. PROEFSCHRIFT TER VERKRIJGING VAN DEN GRAAD VAN Doctor in de Rechtswetenschap, AAN DE RIJKS-UNIVERSITEIT TE GRONINGEN, OP GEZAG VAN DEN RECTOR-MAGNIFICUS PR. A. P. FOKKER, Hoogleeraar in de Faculteit der Geneeskunde, tegen de bedenkingen der Faculteit te verdedigen, In de volgende bladzijden heb ik getracht een volledig historisch overzicht te geven van de vraag, in hoeverre de wetgeving hier te lande, vroeger en nu, de vrijheid van privaatpersonen tot oprichting van stichtingen aan banden heeft gelegd. Karel V, die het eerst in plakaten deze zaak regelde, verbood de oprichting van stichtingen. Gedeeltelijk verloren deze plakaten per desuetudinem hunne kracht onder de Republiek. Gedurende onze inlijving bij Frankrijk gold het fransche régime: geen stichting zonder wet. Hierin werd na het herstel onzer onafhankelijkheid geen wijziging gebracht. Ons Burgerlijk Wetboek schafte den franschen toestand af, maar zwijgt over de vraag, die ons bezig houdt. Niet alzoo vroegere ontwerpen en latere wetten. Uit deze korte inhoudsopgave moge het wenschelijke van een afzonderlijke behandeling van deze stof blijken! |