Art. 103 wetboek van strafvordering

Front Cover
Engels, 1891 - 59 pages
 

Selected pages

Common terms and phrases

Popular passages

Page 6 - Il aura la police de l'audience. — 181, 310s., 341, 504s. 268. Le président est investi d'un pouvoir discrétionnaire, en vertu duquel il pourra prendre sur lui tout ce qu'il croira utile pour découvrir la vérité ; et la loi charge son honneur et sa conscience d'employer tous ses efforts pour en favoriser la manifestation.
Page 9 - Wird es notwendig, die Anerkennung von Personen oder Sachen durch den Zeugen zu erlangen, so ist die Vorstellung oder Vorlegung in angemessener Weise zu veranlassen; jedoch ist der Zeuge vorher zur genauen Beschreibung und Angabe der...
Page 44 - Na elke afgelegde getuigenis zal de president den beschuldigde vragen , of hij iets heeft in te brengen tegen hetgeen door den getuige is verklaard of tegen hem is ingebragt.
Page 10 - Fragen dürfen nicht unbestimmt, dunkel, mehrdeutig oder verfänglich sein: sie müssen eine aus der ändern nach der natürlichen Ordnung fließen. Es ist, daher insbesondere die Stellung solcher Fragen zu vermeiden, in welchen eine von dem Beschuldigten nicht zugestandene Tatsache als bereits zugestanden angenommen wird. Fragen, wodurch dem Beschuldigten Tatumstände vorgehalten werden, die erst durch seine Antwort festgestellt werden sollen, oder wodurch ihm die zu erforschenden Mitbeteiligten...
Page 1 - ... zal geen acht mogen slaan op de antwoorden, welke op zoodanige strikvragen mogten zijn gegeven. Vragen, in welke eene daadzaak, door den beklaagde of de getuigen niet beleden of' opgegeven , als waarheid wordt aangenomen of voorondersteld, zullen ook als strikvragen rnoeten worden beschouwd.
Page 11 - Vragen in welke eene daadzaak, door den beklaagde of de getuigen niet beleden of opgegeven, als waarheid wordt aangenomen of voorondersteld, zullen ook als strikvragen moeten worden beschouwd, Ald.
Page 10 - Es ist, daher insbesondere die Stellung solcher Fragen zu vermeiden, in welchen eine von dem Beschuldigten nicht zugestandene Tatsache als bereits zugestanden angenommen wird. Fragen, wodurch dem Beschuldigten Tatumstände vorgehalten werden, die erst durch seine Antwort festgestellt werden sollen, oder wodurch ihm die zu erforschenden Mitbeteiligten durch Namen oder andere leicht kennbare Merkmale bezeichnet werden, dürfen erst, dann gestellt werden, wenn der Beschuldigte nicht in anderer Weise...
Page 56 - Als toeeigening in den zin van dit artikel en artikel 321 moet worden beschouwd het eigenmachtig als heer en meester over eens anders goed beschikken en zich als eigenaar daarvan gedragen. Daartoe behoort ook inpandgeving van eens anders goed ten eigen bate. Van de omstandigheden , waaronder de inpandgeving heeft plaats gehad, hangt het ai of deze als opzettelijk wederrechtelijk is te beschouwen.
Page 12 - ... inkleeding, waarin dezelve vervat is; hetzij men in de vraag eene omstandigheid als bewezen aanneme, welke zulks nog niet is'.
Page 6 - Wetboek op de Rechterlijke Instellingen en Rechtspleging in het Koninkrijk Holland

Bibliographic information