Page images
PDF
EPUB

fiere Albion tot toegeven zal vermogen te dwingen. Voor de geschiedenis van het Volkenrecht is ons verdrag dubbel belangrijk. Vooreerst was het eene poging, om de moderne ideëen, welke zich in het Volkenrecht eene baan breken op ruimer schaal toe te passen dan tot nog toe geschiedde. De Conferentie wenschte CentraalAfrika te onttrekken aan de nadeelen, voortvloeiende uit het bestaan van afzonderlijke souvereine staten; het Congo-bekken mocht geene prooi worden van op zich zelf staande gemeenschappen, welke uitsluitend hare eigene belangen behartigden, maar het moest worden gemaakt tot een gemeen goed, alleen beheerscht door regelen in het belang der gansche menschheid gegeven. Ongelukkigerwijze is deze poging niet gelukt en is het duidelijker dan ooit gebleken, hoe ver wij nog verwijderd zijn van het tijdstip, waarop de menschheid-staat de verschillende rijken in zich op zal lossen. De mogendheden te Berlijn vergaderd hebben haar wezen, het behartigen van eigene belangen niet kunnen verloochenen en ondanks de schoone betuigingen van het tegendeel dragen hare beslissingen dan ook geheel dat particularistisch karakter, waarop ik hierboven reeds wees. Al slaagde de Conferentie echter ten slotte niet in haar streven, zoo moeten wij haar toch dank wijten voor de openbaring daarvan.

Verder, en dit is eene niet hoog genoeg te waardeeren verdienste van het verdrag, bevat het bepalingen, welke op een grooten vooruitgang in het internationale recht wijzen. En al mogen deze slechts voor een zeer beperkt terrein gelden, zoo komen zij toch voor in eene overeenkomst, door de meeste beschaafde natiën van de wereld onderteekend, en ligt reeds hierin een machtige prikkel tot eene meer algemeene toepassing dier mildere beginselen. De Artikelen, waarbij de onschendbaarheid van particulier eigendom te water in tijd van oorlog wordt verzekerd, het blokkade-recht opgeheven, de vrije vaart op de zuiver nationale rivieren toegelaten en eenige regelen voor de geldigheid van eene

inbezitneming gesteld, zijn even zoo vele precedenten, welke er toe kunnen bijdragen om die gulden voorschriften algemeen ingang te doen vinden in de betrekkingen tusschen de staten onderling. In zoover mogen de Conferentie-leden zich verheugen tot de ontwikkeling van het Volkenrecht belangrijk te hebben medegewerkt.

STELLINGEN.

I.

Oprichting van staatswege van colleges ter beslechting van tusschen arbeiders en arbeidgevers gerezen geschillen, welke geene betrekking hebben op eene rechtsvraag, is af te keuren.

II.

De werkgever moest verplicht wezen zijne arbeiders te verzekeren tegen alle ongevallen, welke deze tijdens den arbeid kunnen treffen.

III.

De wederkeerige verzekering is te verkiezen boven de verzekering bij derden.

IV.

De Wet van 27 April 1884, Stbl. no. 98, waarbij het maximum der uit te geven muntbiljetten van 10 op 15 millioen gulden werd gebracht, strijdt lijnrecht met het doel der wet van dienzelfden dag, Stbl. no. 97, waarbij de Regeering bevoegd werd verklaard tot ontmunting en verkoop van een bedrag van ten hoogste 25 millioen gulden aan rijksdaalders.

V.

De stelling, door Henry George in zijn werk, „Progress and Poverty", uitgesproken, dat alleen de bijzondere grondeigendom de oorzaak is der bestaande armoede, is onjuist.

VI.

Ten onrechte worden goederen, behoorende aan een handelshuis, gevestigd in een neutraal land, doch gedreven met kapitaal van inwoners van het vijandelijke land, door de Engelsche prijsrechters als vijandelijk aangemerkt.

VII.

Het bezit van een wettigen zeebrief, afgegeven door een neutralen staat, bewijst nog niet per se de neutraliteit van een gevisiteerd schip tegenover hem, die de

visite uitoefent.

[ocr errors]

VIII.

De bepaling van het tractaat van Washington, 8 Mei 1871, krachtens welke eene onzijdige Regeering is gehouden de verschuldigde zorg te dragen, om de inrichting, bewapening en uitrusting binnen haar rechtsgebied te voorkomen van eenig schip, hetwelk zij redelijken grond heeft te gelooven, dat bestemd is tegen eene mogendheid, waarmede zij in vrede is, te kruisen of krijg te voeren; en ook gelijke zorg te dragen, om het uitloopen uit haar rechtsgebied te voorkomen van eenig schip, bestemd om te kruisen of krijg te voeren als boven, wanneer zoodanig schip binnen haar rechtsgebied, geheel of ten deele, speciaal voor oorlogsgebruik is geschikt gemaakt," deze bepaling brengt een nieuw beginsel in het Volkenrecht.

IX.

Het heffen van oorlogs-contributiën bij wijze van brandschatting is in strijd met de moderne beginselen van het Volkenrecht.

X.

Ten onrechte heeft de Armenwet (Wet v. 28 Juni 1854 Stb. n. 100) in Art. 2 niet alle instellingen van weldadigheid opgenoemd.

« PreviousContinue »